Conditionering

DUT en de hond van Pavlov.

De hond van Pavlov kennen de meesten wel. Het is de hond die de geschiedenisboeken haalde met te saliveren (kwijlen) toen de bel het eten aankondigde. Dat lijkt niets speciaals. Menig baasje weet hoe verlekkerd dieren reageren op de gekste signalen die eten lijken aan te kondigen. Het verfrommelen van een parkeerticketje en hup, daar staat onze geliefde viervoeter al met grote verwachtingsvolle ogen te snakken naar het koekje waarvan het laatste hapje hopelijk in zijn bek verdwijnt. Wat Pavlov echter aantoonde is dat een onschuldig signaal (de bel) onbewust betekenis krijgt door het samengaan met een betekenisvol signaal (etenstijd). Dat is wat vandaag wordt bedoeld met klassieke conditionering.


 

Ook mensen zijn volop geconditioneerd. Een groene aanduiding wordt zonder nadenken geïnterpreteerd als een veilig of ok-signaal. Conditionering is ook de basis van onze sociale context, waarin we leren hoe we ons dienen te gedragen in de maatschappij. Zo ook bij dieren. En baasjes weten als de beste hoe je dit een handje kan helpen. Wanneer je het gedrag van je huisdier beïnvloedt met een snoepje of terechtwijzende knipvinger, dan heet dit operante of instrumentele conditionering. Hierbij gebruik je een middel om gedrag te belonen of te bestraffen, zodat het meer of minder optreedt.

Niet zo lang geleden bleek uit een studie dat onze dieren bijzonder slim zijn geworden door het domesticatieproces. Hun vermogen om uit signalen sociale communicatie af te leiden is door de evolutie heen versterkt en verfijnd. In ons steeds complexere leven, dienen onze dieren zich immers evenzeer aan te passen. En dat is iets waar mijn hond, Dut, bijzonder goed is in geslaagd.

Duchess, zoals haar werkelijke naam laat vermoeden, is nogal gesteld op een luxeleventje. Naast haar ‘royale’ dutjes doorheen de dag, gaat ze graag veel wandelen. Ze wil dan àl de laatste dierennieuwtjes in detail bijeen snuffelen, wipt graag even binnen bij haar vrolijke Maltezer-boyfriend, wil lekkere tapas tussendoor en inspecteert al onze gasten persoonlijk. In ons hectische huishouden hadden we echter geen fulltime butler ter beschikking om alle spontane wensen van hare highness onmiddellijk in te willigen. En dus deed Dut wat iedere moderne vrouw zou doen. Ze regelde het zelf en richtte daarbij haar baasje af.

En zo komt het dat Dut al meer dan 10 jaar haar visite maakt wanneer het haar behaagt. Alleen. Met een Victoriaans gehuil enkele meters verderop in de straat, laat ze haar entourage weten dat ze eraan komt. (Een lady-hond blaft immers niet in huis.) Met veel gratie snuffelt ze alle roddels bijeen, voegt er zelf de nodige intriges aan toe en maakt een ommetje op enthousiast blaffende respons. Na twee verschrikte pogingen tot kidnapping, heeft hare hertogin geleerd afstand te houden bij toenadering. Ondanks haar bijzonder vriendelijke instelling naar vreemdelingen. Ze gebruikt zelfs een letterlijke kwinkslag opzij, zodat vertederde handjes steeds naast haar grijpen indien zij haar foutief als een verloren gelopen Duts achten. (een waarlijke belediging voor haar capaciteiten)

Eens de frisse neus in de lucht opgehaald, kondigt ze haar terugkomst aan met één “woef” op de mat aan de voordeur. Het is dan aan mij om haar poezelige pootjes terug te fatsoeneren. Indien het echter tijd is voor haar bad, dan weet ik dat dàn -na een moddermasker- ook meteen.

Zoals veel vrouwen ambieerde zij ook het moederschap en werd schijnzwanger toen we twee Montenegrijnse kittens in huis haalden. Ze ontpopte zich tot een ware poezewoef, zoogde hen, leerde hen kattekorrels eten en de buitenwereld verkennen. Kortom, ze voedde hen beiden op tot Koninklijke Katten. Ze weet nu ook precies wanneer en hoe ze aan hapjes kan komen, sinds ze niet vies is om hen hiervoor in te schakelen (Zuiderse panterkatten springen hoog en hebben scherpe nagels).

Dus, terwijl vrienden versteld staan van het gedragsresultaat bij mijn hond, dien ik eerlijk te bekennen dat het gaat om het superieure aanpassingsvermogen van Dut. Net zoals onze hersenen, adapteert Dut aan een gevarieerde omgeving die haar spontane steeds complexer wordende hebbelijkheden stelselmatig beloont. Terwijl ik bij de hersenen echter een capje nodig heb om via conditionering superieur gedrag te trainen, slaagt zij hierin zonder technologie of woorden.

Want uiteindelijk is dat wat neurofeedback is. Het gaat om gedragstherapie op basis van conditionering, net zoals je de hond africht. Ik richt hersenen af. Ik beloon ze wanneer ze het juiste gedrag stellen in de vorm van spontane correcte hersengolven. Wanneer de verschillende hersengebieden beter samenwerken, er nieuwe gebieden worden geïmplementeerd en bestaande gebieden meer specialiseren en differentiëren, maken ze andere hersengolven. Via kennis van de hersenen en hoogtechnologische software stuur ik dan het juiste gedrag aan, dat op die manier ook spontaan meer zal optreden. Want ook bij de hersenen telt dat wat je gemotiveerd bent om te gebruiken (cfr. beloning), aansterkt; wat je niet meer gebruikt gaat verloren.

Hoewel ik geloof dat Dut, waar het één van haar kattenkinders betreft, beter de neurotechnieken van BrainCTR kan inschakelen. Het viel me op dat het begripsvermogen van onze kattin eerder beperkt lijkt voor het drukke socializatieproces dat Dut heeft aangevat. Wanneer Tijger immers een frisse neus in gedachten heeft, gaat dit niet samen met de regen achter het glas op de bovenverdieping. Wat ik echter als een indicatie voor neurofeedback beschouw is dat zij ook één voor één de ramen van alle verdiepingen lager controleert op een natte neus. Daar kan zelfs de leermethode van Dut niet tegenop!

– In memoriam van Vlekker, overreden in de nacht van 24 mei 2014 –
– In memoriam van Duchess (Dut, Dutjes, Duttie, Dutter, Duts), ons allerliefste woefke, door de krachten van de natuur ingeslapen. °9.06.1999 – ✝18.11.2016 –

Meer over het trainen van hersenen en neurofeedback…

Back to Top